Begrotingssubsidies 2021 in vergelijking met 2020 (in €)
Beleids-doel | Naam instelling | Maximaal te subsidiëren 2020 | Kadernota 2021 | Begroting 2021 | Voorjaarsnota 2021 | Maximaal te subsidiëren 2021 |
---|---|---|---|---|---|---|
5.1 | Faunabeheer eenheid Zuid-Holland | 480.000 | 480.000 | 480.000 | ||
5.1 | Gebiedscoöperatie Buijtenland van Rhoon | 1.500.000 | 5.000.000 | 5.000.000 | ||
5.1 | BoerenNatuur Zuid-Holland t.b.v. ICT-systeem | 45.000 | ||||
5.1 | Zuid-Hollands landschap t.b.v. Kadijk-West | 350.000 | 350.000 | 350.000 | ||
5.1 | Stichting Natuurmonumenten t.b.v. het gebied Bovenlanden | 40.000 | 285.000 | 285.000 | ||
5.1 | Stichting Natuurmonumenten t.b.v. het gebied Meijegraslanden | 1.060.000 | 1.600.000 | 1.600.000 | ||
5.1 | Gemeente Molenlanden t.b.v. drukdrainage Alblasserwaard-Vijfheerenlanden | 325.000 | ||||
5.1 | Zuid-Hollands Landschap t.b.v. Natuurbeheercollectief Krimpenerwaard | 100.000 | ||||
5.1 | BoerenNatuur Zuid-Holland | 260.000 | ||||
5.1 | Gebiedscoöperatie Buijtenland van Rhoon U.A | 270.000 | ||||
5.1 | Natuurbeheercollectief Krimpenerwaard t.b.v. bijdrage in de opstartkosten | 150.000 | 150.000 | |||
5.1 | Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden t.b.v. Natura 2000 gebied De Haeck | 800.000 | 800.000 | |||
5.1 | Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden t.b.v. verbeteren waterkwaliteit Bodegraven-Noord | 1.900.000 | 1.900.000 | |||
5.1 | Staatsbosbeheer t.b.v. natuurverbinding in de Zuidpolder en polder Abessinië | 4.500.000 | 4.500.000 | |||
5.1 | Zuid-Hollands Landschap DGM t.b.v. weidevogelvrijwilligers | 75.000 | 75.000 | |||
5.2 | Stichting Wageningen Research t.b.v. groene cirkel kaas en bodemdaling | 150.000 | ||||
5.2 | Provincie Utrecht t.b.v. twee projecten in het kader van Regio deal Bodemdaling | 55.000 | ||||
5.2 | Deltares t.b.v. één project in het kader van Regio deal Bodemdaling | 2.000.000 | ||||
5.2 | Coöperatie Hoeve Biesland BA t.b.v. Boeren voor Natuur | 139.422 | 139.422 | 139.422 | ||
5.2 | Gemeente Leidschendam-Voorburg t.b.v. Duivenvoordecorridor | 529.437 | ||||
5.2 | Gemeente Voorschoten t.b.v. Duivenvoordecorridor | 90.000 | ||||
5.2 | Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland t.b.v. het project Duin- en Bollenstreek Kloosterschuur-Trappenberg-uitleglocatie | 192.215 | 192.215 | 192.215 | ||
5.2 | Stichting Het Zuid-Hollands Landschap t.b.v. de uitvoer van een Voucherregeling landschapselementen 2020-2021 | 65.000 | ||||
5.2 | Gemeente Zuidplas t.b.v. regiodeal bodemdaling | 750.000 | ||||
5.2 | STOWA t.b.v. regiodeal bodemdaling | 200.000 | ||||
5.2 | gemeente Gouda t.b.v. Nationaal Kennis- en Belevingscentrum Bodemdaling | 670.000 | 670.000 | |||
5.2 | Kennis Centrum Aanpak Funderingsproblematiek (KCAF) t.b.v. een regiodeal bodemdaling project Groene Hart | 194.500 | 194.500 | |||
5.2 | Nationaal Kennisprogramma Bodemdaling (NKB) t.b.v. regiodeal project Deelexpedities Stad | 100.000 | 100.000 | |||
5.2 | provincie Utrecht t.b.v. regiodeal project Grondwater weten meten en sturen | 12.500 | 12.500 | |||
5.2 | stichting Weids Bloemendaal t.b.v. regiodeal project bodemdaling polder Bloemendaal | 119.000 | 119.000 | |||
5.2 | Veenweide Innovatie Centrum t.b.v. project boeren met perspectief Nieuwkoop | 193.600 | 193.600 | |||
5.2 | provincie Utrecht t.b.v. regiodeal project versterken van dialoog transitie via onderwijs | 55.000 | 55.000 | |||
5.2 | stichting Deltares t.b.v. het project GHRIB | 219.956 | 219.956 | |||
5.3 | Deltares inzake COASTAR | 300.000 | ||||
5.3 | Gemeente Westland t.b.v. toezicht en beheer Zandmotor | 147.000 | 175.000 | 175.000 | ||
5.3 | Gemeente Den Haag t.b.v. toezicht en beheer Zandmotor | 140.000 | 115.000 | 115.000 | ||
5.3 | stichting Nieuw-Holland t.b.v. Zuid-Hollands kunst initiatief verkenningsfase | 100.000 | 100.000 | |||
Totaal | 9.188.074 | 0 | 5.579.422 | 11.846.771 | 17.426.193 |
Toelichting begrotingssubsidies 2021
De begrotingssubsidie aan Faunabeheereenheid Zuid-Holland voor een bedrag van € 480.000 (beleidsdoel 5.1)
De Faunabeheereenheid Zuid-Holland vervult een belangrijke (wettelijke) taak binnen de provincie. Door middel van de Verordening uitvoering Wet natuurbescherming heeft de Faunabeheereenheid diverse taken gekregen, waaronder taken op het gebied van planvorming, coördinatie en registratie. Dit draagt bij aan een zorgvuldig onderbouwd en uitgevoerd faunabeleid binnen de provincie Zuid-Holland. Dit draagt vervolgens weer bij aan het begrotingsdoel behouden en versterken van de biodiversiteit, maar ook aan het beperken van schade aan landbouwgewassen en waterkwaliteit en het beperken van risico's voor openbare veiligheid en volksgezondheid. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.1 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: een zorgvuldig onderbouwd en uitgevoerd faunabeleid, ten behoeve van het behouden en versterken van de biodiversiteit, het beperken van schade aan landbouwgewassen, het behouden en verbeteren van de waterkwaliteit, het waarborgen van openbare veiligheid en volksgezondheid.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is de enige mogelijkheid.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 480.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Zuid-Hollands Landschap t.b.v. gebied Kadijk-West voor een bedrag van € 350.000 (beleidsdoel 5.1)
De Provincie Zuid-Holland is eigenaar/opdrachtgever van de opgave om het Natuurnetwerk Nederland binnen de provincie te realiseren, zo ook het gebied Kadijk-West in de Krimpenerwaard. Uitgangspunt is dat dit zo veel als mogelijk door "het gebied" zelf wordt gedaan. Hiertoe is in 2013 een Gebiedsovereenkomst tussen de Provincie Zuid-Holland (PZH), gemeente Krimpenerwaard en het Hoogheemraadschap (HHSK) gesloten.
Deze begrotingssubsidie betreft de uitvoering van de inrichting van natuur in het deelgebied Kadijk-West binnen de Krimpenerwaard. PZH heeft er i.o.m. haar partners voor gekozen deze werkzaamheden door het Zuid-Hollands Landschap uit te laten voeren. Deze wordt gefinancierd uit de middelen die PZH hiervoor op basis van de business case die onderdeel uitmaakt van de gebiedsovereenkomst heeft toegekend. In de begroting is deze post opgenomen onder beleidsdoel 5.1 Gezonde natuur, beleidsprestatie 5.1.1 Natuur. De maatschappelijke baten zijn: Versterkte en beter beschermde dier- en plantensoorten, waaronder de populatie van bedreigde soorten en verhoogde natuurwaarden in Zuid-Holland. Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 350.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Stichting Natuurmonumenten t.b.v. gebied Bovenlanden voor een bedrag van € 285.000 (beleidsdoel 5.1)
De Provincie Zuid-Holland is eigenaar/opdrachtgever van de opgave om het Natuurnetwerk Nederland binnen de provincie te realiseren, zo ook het gebied Bovenlanden in Gouwe Wiericke. Uitgangspunt is dat dit zo veel als mogelijk door "het gebied" zelf wordt gedaan. Hiertoe is eind 2016 een Gebiedsovereenkomst tussen de Provincie Zuid-Holland (PZH), betrokken gemeentén en het Hoogheemraadschap (HDSR) gesloten. Deze begrotingssubsidie betreft de uitvoering van de inrichting van natuur in het deelgebied Bovenlanden binnen Gouwe Wiericke .PZH heeft er i.o.m. haar partners voor gekozen deze werkzaamheden door Natuurmonumenten uit te laten voeren. Deze wordt gefinancierd uit de middelen die PZH hiervoor op basis van de business case die onderdeel uitmaakt van de gebiedsovereenkomst heeft toegekend. In 2021 worden diverse no regret maatregelen uitgevoerd, waaronder het benodigd baggerwerk. Hiermee is het gebied klaar voor de verdere inrichting in 2022. In de begroting is deze post opgenomen onder beleidsdoel 5.1 Gezonde natuur, beleidsprestatie 5.1.1 Natuur. De maatschappelijke baten zijn: Versterkte en beter beschermde dier- en plantensoorten, waaronder de populatie van bedreigde soorten en verhoogde natuurwaarden in Zuid-Holland.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 285.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Stichting Natuurmonumenten t.b.v. gebied Meijegraslanden voor een bedrag van € 1.600.000 (beleidsdoel 5.1)
De Provincie Zuid-Holland is eigenaar/opdrachtgever van de opgave om het Natuurnetwerk Nederland binnen de provincie te realiseren, zo ook het gebied Meijegraslanden in Gouwe Wiericke. Uitgangspunt is dat dit zo veel als mogelijk door "het gebied" zelf wordt gedaan. Hiertoe is eind 2016 een Gebiedsovereenkomst tussen de Provincie Zuid-Holland (PZH), betrokken gemeentén en het Hoogheemraadschap (HDSR) gesloten. Deze begrotingssubsidie betreft de uitvoering van de inrichting van natuur in het deelgebied Meijegraslanden binnen Gouwe Wiericke .PZH heeft er i.o.m. haar partners voor gekozen deze werkzaamheden door Natuurmonumenten uit te laten voeren. Deze wordt gefinancierd uit de middelen die PZH hiervoor op basis van de business case die onderdeel uitmaakt van de gebiedsovereenkomst heeft toegekend. In de begroting is deze post opgenomen onder beleidsdoel 5.1 Gezonde natuur, beleidsprestatie 5.1.1 Natuur. De maatschappelijke baten zijn: Versterkte en beter beschermde dier- en plantensoorten, waaronder de populatie van bedreigde soorten en verhoogde natuurwaarden in Zuid-Holland.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 1.600.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden t.b.v. Natura 2000 gebied De Haeck voor een bedrag van € 800.000 (beleidsdoel 5.1)
De gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Nieuwkoop en Waddinxveen, de hoogheemraadschappen Van Rijnland en De Stichtse Rijnlanden en de provincie Zuid-Holland hebben in december 2016 de Gebiedsovereenkomst Veenweiden Gouwe Wiericke getekend. Daarin is afgesproken samen te werken aan vier opgaven: de aanleg van nieuwe natuur, duurzaam waterbeheer en het tegengaan van bodemdaling, het versterken van de landbouwstructuur en benutten van kansen voor toerisme en recreatie. In de overeenkomst is voor de maatregelen ten behoeve van de natuurdoelen in het N2000 gebied De Haeck een bedrag van € 800.000,00 gereserveerd voor het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden als cofinanciering voor het inrichten van een bufferzone tussen het agrarisch peil in polder Achttienhoven en het N2000 gebied De Haeck door het verplaatsen van de hoofdwatergang, inrichten van een buffer ter breedte van 75 meter en gerelateerde maatregelen om tot een robuust watersysteem te komen. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.1 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: Behouden en waar mogelijk versterken biodiversiteit in Zuid-Holland; versterken en beschermen van aantallen dier en plantsoorten waaronder populaties van bedreigde soorten; Verhogen van de natuurwaarden in Zuid-Holland; Waterbeschikbaarheid en -kwaliteit; Verbetering kwantiteit en kwaliteit van water en bodem.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Er is een toezegging voor deze provinciale bijdrage gedaan in de Gebiedsovereenkomst Veenweide Gouwe Wiericke (2016) derhalve zijn er geen alternatieven mogelijk.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 800.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden t.b.v. verbeteren waterkwaliteit Bodegraven-Noord voor een bedrag van € 1.900.000 (beleidsdoel 5.1)
De gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Nieuwkoop en Waddinxveen, de Hoogheemraadschappen Van Rijnland en De Stichtse Rijnlanden en de provincie Zuid-Holland hebben in december 2016 de Gebiedsovereenkomst Veenweiden Gouwe Wiericke ondertekend. Daarin is afgesproken samen te werken aan vier opgaven: de aanleg van nieuwe natuur, duurzaam waterbeheer en het tegengaan van bodemdaling, het versterken van de landbouwstructuur en benutten van kansen voor toerisme en recreatie. In de overeenkomst is toegezegd dat de provincie € 1,9 miljoen reserveert voor het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden als cofinanciering voor het verbeteren van de waterkwaliteit in het deelgebied Bodegraven Noord, het realiseren van een robuuste waterhuishouding en het afremmen van de bodemdaling. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.1 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: Behouden en waar mogelijk versterken biodiversiteit in Zuid-Holland; versterken en beschermen van aantallen dier en plantsoorten waaronder populaties van bedreigde soorten; Verhogen van de natuurwaarden in Zuid-Holland; Waterbeschikbaarheid en -kwaliteit; Verbetering kwantiteit en kwaliteit van water en bodem.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Er is een toezegging voor deze provinciale bijdrage gedaan in de Gebiedsovereenkomst Veenweide Gouwe Wiericke (2016) derhalve zijn er geen alternatieven mogelijk.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 1.900.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Staatsbosbeheer t.b.v. natuurverbinding in de Zuidpolder en polder Abessinië voor een bedrag van € 4.500.000 (beleidsdoel 5.1)
De inrichting van de natuurverbinding in de Zuidzijde polder en polder Abessinië is onderdeel van de natuuropgave van het Programma Veenweiden Gouwe Wiericke. Voor de aanpak van de laatste fase in de planvorming hebben Staatsbosbeheer, de provincie en de Stuurgroep Veenweiden Gouwe Wiericke afspraken gemaakt. Staatsbosbeheer is bereid de voorbereiding van de uitvoering: het opstellen van een Definitief Ontwerp en de daadwerkelijke uitvoering daarvan, op zich te nemen in nauwe samenwerking met het Programmabureau Veenweiden. Hiervoor zal een subsidieaanvraag van € 500.000 worden ingediend in 2021. Vanaf 2022 start de daadwerkelijke uitvoering van de inrichting. Inrichtingskosten zijn geraamd op € 4.000.000. Het totale benodigd subsidieplafond voor de inrichting van het gebied bedraagt hiermee € 4.500.000. In de begroting is deze post opgenomen onder beleidsdoel 5.1 Gezonde natuur, beleidsprestatie 5.1.1 Natuur. De maatschappelijke baten zijn: Versterkte en beter beschermde dier- en plantensoorten, waaronder de populatie van bedreigde soorten en verhoogde natuurwaarden in Zuid-Holland.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 4.500.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Zuid-Hollands Landschap DGM t.b.v. weidevogelvrijwilligers voor een bedrag van € 75.000 (beleidsdoel 5.1)
Voorjaar 2019 is het Actieplan Boerenlandvogels gereed gekomen. Daarin zijn allerlei maatregelen opgenomen ter verbetering van de stand van de boerenlandvogels. Daarbij zijn de weidevogelvrijwilligers benoemd als speerpunt. Voorjaar 2019 is een bestedingsvoorstel goedgekeurd waarin voor circa € 3,1 miljoen aan maatregelen opgenomen waren om een start te maken met de uitvoering van het Actieplan. Hierin was een bedrag van € 100.000 opgenomen voor de betere ondersteuning van vrijwilligers in 2019 en 2020. Ook in 2021 bestaat de behoefte om de weidevogelvrijwilligers beter te ondersteunen. Deze verbeterde ondersteuning bestaat dit jaar onder andere uit het aanbieden van nieuwe vormen voor het verspreiden van kennis. Dit houdt verband met het vinden van nieuwe werkwijzen vanwege Covid-19. Ook wordt een tweetal vrijwilligersgroepen begeleidt bij het vinden van nieuwe trekkers, waarbij bijvoorbeeld aandacht wordt besteed aan het opstellen van monitoringsplannen. Tot slot is er behoefte voor het verbeteren van een basispakket communicatiemiddelen. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.1 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: Het Actieplan Boerenlandvogels is opgesteld om gericht te kunnen werken aan afname van de biodiversiteit van het boerenland, met boerenlandvogels als vlaggenschip. Zuid-Holland heeft namelijk een belangrijke nationale
verantwoordelijkheid voor boerenlandvogels, en dan met name weidevogels. De nationale vogel, de grutto, komt volop voor in de Zuid-Hollandse graslandpolders, maar de aantallen nemen hard af. In de akker- en bollenstreek hebben soorten als patrijs en veldleeuwerik het zwaar. Met uitvoering van het Actieplan Boerenlandvogels proberen we de achteruitgang van deze (en andere) soorten te stoppen. Voor de grutto hebben we een ambitie opgenomen om in 2027 een populatiestijging van zo'n 5% te bereiken. Daarvoor is de betere ondersteuning van de boerenlandvogelvrijwilligers essentieel.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Opdrachten zijn niet van toepassing.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 75.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Samenwerkingsorgaan Holland-Rijnland t.b.v. het project Duin- en Bollenstreek voor een bedrag van € 192.215 (beleidsdoel 5.2)
In 2013 is met gedecentraliseerde rijksmiddelen uit het landelijke Fonds Economische Structuurversterking-Nota Ruimte Projecten, op basis van bestuurlijke afspraken in het kader van het landelijke Investeringsbudget Landelijk Gebied 2007-2013 een meerjarige subsidie verleend voor het project Duin- en Bollenstreek Kloosterschuur-Trappenberg-uitleglocatie. In 2020 is deze subsidie, als gevolg van aflopen van de subsidieregeling waardoor de looptijd niet verlengd kon worden, lager vastgesteld. Op basis van bestuurlijke toezeggingen uit het 2015 dienen de middelen opnieuw te worden ingezet voor dit doel. Dat gebeurd met dit plafond. De in 2020 vrijvallende middelen zijn in 2020 gestort in de reserve en worden bij voorjaarsnota 2021 beschikbaar gesteld voor dit subsidieplafond. De dekking voor deze subsidie wordt gevonden in de vrijvallende subsidie (na afrekening) van een subsidie aan dezelfde subsidieontvanger. Bij de voorjaarsnota 2021 is de vrijval in de begroting opgenomen. De subsidieaanvraag werd aanvankelijk verwacht in 2020 (en was daarom in de najaarsnota 2020 opgenomen). De aanvraag is echter pas in 2021 ingediend. De maatschappelijke baten zijn: versnelling van de integrale ruimtelijke opgave (herstructurering) van de Duin - en Bollenstreek c.q. versterking intrinsieke gebiedskwaliteit en landschappelijke inpassing, volgend op de reconstructie van het glastuinbouwgebied Trappenberg-Kloosterschuur Katwijk.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Oude gedecentraliseerde Rijksverplichting via provincie met 5 convenantpartners.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 192.215 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan gemeente Gouda t.b.v. Nationaal Kennis- en Belevingscentrum Bodemdaling voor een bedrag van € 670.000 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het Ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
De gemeente Gouda voert twee projecten met betrekking tot bodemdaling uit voor een totale bijdrage vanuit de Regio Deal van € 1.316.500. Dit zijn de projecten Toolbox bodemdaling historische steden, met een bijdrage vanuit de Regio Deal van € 586.500 en de ontwikkeling van een Nationaal kennis- en belevingscentrum bodemdaling met een bijdrage van vanuit de Regio Deal van € 730.000,-. Bij najaarsnota 2019 was hiervoor een bedrag van € 1.316.500 opgenomen in de begroting. Vanuit de Regio Deal is voor het project Nationaal kennis- en belevingscentrum bodemdaling € 60.000 bijgedragen. Gemeente Gouda gaat nu over tot het oprichten van een Nationaal kennis- en belevingscentrum bodemdaling voor een Regio Deal bijdrage van € 670.000. Dit project is er op gericht om een kennis- en belevingscentrum op te richten waarin objectieve, betrouwbare en actuele informatie voor particulieren, overheden en bedrijven over bodemdaling in stad en land toegankelijk wordt. Omdat de provincie de werkzaamheden niet zelf uitvoert, sprake is van cofinanciering en in-kind bijdragen en de uitkomsten voor het gehele bodemdalingsgevoelige gebied zijn, is subsidie juridisch bezien het juiste instrument. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: Tegengaan bodemdaling, kennisontwikkeling, opleiden en voorlichten. Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 670.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Kennis Centrum Aanpak Funderingsproblematiek (KCAF) t.b.v. een regiodeal bodemdaling project Groene Hart voor een bedrag van € 194.500 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het
ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
KCAF gaat een project uitvoeren met een bijdrage vanuit de Regio Deal van € 194.500. Het betreft het project ‘Groene Hart werkt samen aan inzicht funderingsrisico’s en biedt handelingsperspectief’. Dit project is gericht op het inzicht krijgen in funderingsrisico’s. Het project zet in op het bevorderen van bewustzijn bij alle betrokken partijen, het bieden van een handelingsperspectief aan eigenaren en het bevorderen van samenwerking tussen de betrokken partijen. Samen met lokale partners van de Regio Deal en met behulp van de innovatieve oplossing FunderMaps en het Funderingsloket Groene Hart wil het KCAF de schaderisico’s veel beter in kaart brengen wat de transparantie en het handelingsperspectief vergroot. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: Tegengaan bodemdaling, ontwikkelen van kennis en handelingsperspectief.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 194.500 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Nationaal Kennisprogramma Bodemdaling (NKB) t.b.v. regiodeal project Deelexpedities Stad voor een bedrag van € 100.000 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het
ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
Het NKB gaat een project uitvoeren met een bijdrage vanuit de Regio Deal van € 100.000. Het betreft het project ‘Deelexpedities Stad’. Dit project is gericht op actief verbinden van kennis en kennishouders op het gebied van bodemdaling in stedelijke gebieden, in de hele keten op nationaal niveau. Dit draagt bij om actuele kennis, ervaringen en handelingsperspectieven boven tafel te krijgen, kennishiaten scherp te krijgen en stakeholders te activeren samen te werken en van elkaar te leren. Dat gebeurt onder andere doordat deelnemers zich blijvend anders gedragen door de opgedane kennis en ervaringen in de deelexpedities. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp.
De maatschappelijke baten zijn: Tegengaan bodemdaling, ontwikkelen van kennis en handelingsperspectief.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 100.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan provincie Utrecht t.b.v. regiodeal project Grondwater weten meten en sturen voor een bedrag van € 12.500 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het
ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
De provincie Utrecht gaat een project uitvoeren met een bijdrage vanuit de Regio Deal van € 12.500. Het betreft het project ‘Grondwater weten, meten en sturen’. Dit project is er op gericht om meer basiskennis te verkrijgen over de freatische grondwaterstand [simpel gezegd: freatisch water is het eerste water dat je tegenkomt als je een gat in de grond boort] in het landelijke deel van het veenweidegebied. Concreet gaat het om meer meetpunten van de freatische grondwaterstand in te richten en daar langdurig te meten. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp.
De maatschappelijke baten zijn: Tegengaan bodemdaling, ontwikkelen van kennis en handelingsperspectief.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 12.500 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan stichting Weids Bloemendaal t.b.v. regiodeal project bodemdaling polder Bloemendaal voor een bedrag van € 119.000 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het
ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
Stichting Weids Bloemendaal gaat een project uitvoeren met een bijdrage vanuit de Regio Deal van € 119.000,-. Het betreft het project ‘Bodemdaling Polder Bloemendaal. Dit project is gericht op het cultureel, historisch waardevol veenweidelandschap zodanig beheren dat het in stand blijft en economisch perspectief blijft houden aantrekkelijk blijft voor bezoekers. Dit door inzet van actief grondwaterbeheer om verdere bodemdaling en uitstoot van broeikasgassen te minimaliseren. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp.
De maatschappelijke baten zijn: Tegengaan bodemdaling, ontwikkelen van kennis en handelingsperspectief.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 119.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Veenweide Innovatie Centrum t.b.v. project boeren met perspectief Nieuwkoop voor een bedrag van € 193.600 (beleidsdoel 5.2)
Pilotproject “Boeren met perspectief Nieuwkoop” beoogt vermindering van emissies van stikstof, methaan, CO2 van melkveehouderijen rond de Nieuwkoopse Plassen. Het beoogd effect is vermindering van stikstofdepositie in de natuurgebieden Nieuwkoopse Plassen en verduurzaming van de bedrijfsvoering van landbouwbedrijven door kringlooplandbouw. Dit is relevant voor de transitie naar vitale landbouw en levert een positieve bijdrage aan de stikstofcrisis en het klimaatakkoord. Het is onderdeel van een integrale ontwikkelingsstrategie voor de westelijke veenweiden. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp.
De maatschappelijke baten zijn: verduurzaming landbouw via proeftuinen en kennisontwikkeling. Vermindering stikstofdepositie natuurgebieden. Reductie emissies van broeikasgassen van landbouwbedrijven.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Opdracht past hier niet: output in beperkte mate t.b.v. provincie, sturing door provincie niet passend. Subsidie past goed: vanwege innovatief karakter en sturing, uitvoering en doelrealisatie door verschillende actoren.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 193.600 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan provincie Utrecht t.b.v. regiodeal project versterken van dialoog transitie via onderwijs voor een bedrag van € 55.000 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het
ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
De provincie Utrecht gaat een project uitvoeren met een bijdrage vanuit de Regio Deal van € 55.000. Het betreft het project ‘Versterken van dialoog transitie veenweidegebied via onderwijs’.
Dit project is er op gericht op het stimuleren van meer innovatieve huidige generatie agrariërs. Daarnaast willen we in dit project een praktische start maken met het opleiden van een nieuwe generatie veenweideagrariërs die leren hoe ze bedrijfsmatig het beste kunnen inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen zoals het remmen van bodemdaling. Concreet zijn beide doelen gericht op het stimuleren van de transitie in het waterbeheer, het bodem- en landgebruik en verdienmodellen voor een toekomstbestendig en economisch vitaal veenweidegebied. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: Tegengaan bodemdaling, ontwikkelen van kennis en handelingsperspectief.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 55.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan stichting Deltares t.b.v. het project GHRIB voor een bedrag van € 219.956 (beleidsdoel 5.2)
Voor de Regio Deal bodemdaling Groene Hart is door het Rijk vanuit de Regio Enveloppe van het
ministerie van LNV geld beschikbaar gesteld. De provincie heeft zich opgeworpen als kasbeheerder voor deze Regio Deal. Vanuit deze Regio Deal worden partijen gefinancierd.
Deltares voert drie projecten met betrekking tot bodemdaling uit voor een totale bijdrage vanuit
de Regiodeal van € 2.028.757. Het betreft de projecten:
- Het voorspellen van bodemdaling en een nieuw ondergrond model van het Groene Hart (€
689.338)
- Bodemdaling en broeikasgasemissies in het landelijke veenweidegebied en het effect van
mitigerende maatregelen (€ 560.000)
- Bodemdaling in Kaart en Kijken in de bodem: meten, monitoring en ontrafelen
bodemdalingsprocessen (779.419)
Bij najaarsnota 2019 is een bedrag van € 560.000 opgenomen in de begroting. In de begroting van 2020 was een bedrag ad. € 1.780.000 opgenomen. Deltares gaat een vierde project uitvoeren voor een Regio Deal bijdrage van € 219.956. Dit project sluit eveneens aan bij de ambities van de Regio Deal. Het betreft het project Groene Hart Regio informatievoorziening Bodembeweging (GHRIB). Het project beoogt de oprichting van een operationeel platform voor informatievoorziening met betrekking tot bodembewegingsdata te realiseren voor de regio Groene Hart. De GHRIB moet een levende informatievoorziening worden die steeds weer geactualiseerd wordt. Dit subsidieplafond wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.2 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: tegengaan bodemdaling, ontwikkelen van kennis en handelingsperspectief.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is conform afspraak met partners en passend bij de omschrijving van de rol van kasbeheerder van deze regiodeal.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 219.956 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan stichting Nieuw-Holland t.b.v. Zuid-Hollands kunst initiatief verkenningsfase voor een bedrag van € 100.000 (beleidsdoel 5.3)
De provincie Zuid-Holland is betrokken bij diverse opgaven die spelen rond de kust, zoals waterveiligheid, recreatie, natuur, ruimtelijke ordening en energietransitie. Het huidige beleid is o.a. verwoord in de Strategische Agenda Kust. De visie van PZH op deze ontwikkelingen voor langere termijn en de afstemming met partijen kost PZH veel inzet en capaciteit. De Stichting Nieuw-Holland heeft al een aantal jaren het initiatief lopen om verschillende partijen en stakeholders bij elkaar te brengen en een samenhangende visie op de kust te ontwikkelen: het Zuid-Hollands Kust Initiatief (ZHKI). Door deelname aan ZHKI kan de inzet van PZH op een doelmatige manier ingezet worden. De Stichting heeft een plan opgesteld om voor de kustvisie o.a. een omgevingsverkenning op te stellen met alle belanghebbende stakeholders. Hiervoor is begroting opgesteld met totaalbedrag van € 400.000. Gedeputeerde Baljeu heeft de bestuurlijke toezegging gedaan om hier € 100.000 aan bij te dragen. De andere bijdragen komen o.a. van Rijkswaterstaat en het ZHKI is inmiddels door de Topsector Water, taskforce Deltatechnologie opgenomen in een selectie van 5 kansrijke projecten t.b.v. een aanvraag bij het Groeifonds. De Stichting is in gesprek met de Deltacommissaris over een bijdrage van het ZHKI aan het Kenniscentrum Zeespiegelstijging. De subsidie wordt gedekt met bestaande exploitatiemiddelen in beleidsdoel 5.3 bedoeld voor dit onderwerp. De maatschappelijke baten zijn: met een lange termijn visie op de kust worden een veilige en gezonde leefomgeving en een goed vestigingsklimaat geborgd.
Als alternatief voor het instrument subsidie is overwogen om dit als opdracht weg te zetten. Echter de provincie is maar deels eigenaar van de betrokken kust en de verkenning komt ten goede aan alle eigenaren en inwoners van Zuid-Holland. Derhalve is een opdracht niet het geëigende instrument maar is dit eerder het subsidie-instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 100.000 en deze op te nemen in de begroting.
Boekjaar- en projectsubsidies 2021 in vergelijking met 2020 (in €)
Beleids-doel | Subsidie-regeling-nummer | Titel van regeling | Maximaal te subsidiëren 2020 | Kadernota 2021 | Begroting 2021 | Voorjaarsnota 2021 | Maximaal te subsidiëren 2021 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
5.1 | 1.6.21 | Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap (SKNL) | 11.250.000 | 55.000.000 | 55.000.000 | ||
5.1 | 1.6.60 | Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer Zuid-Holland 2013 | 100.000 | ||||
5.1 | 1.6.68 | Subsidieregeling Natuur en Landschapsbeheer Zuid-Holland 2016 | 27.500.000 | 1.000.000 | 1.000.000 | ||
5.1, 5.2 en 7.2 | 1.6.76 | Subsidieregeling Groen Zuid-Holland 2016 | 5.956.577 | 5.285.000 | 6.100.000 | 11.385.000 | |
5.2 | 1.6.69 | Uitvoeringsregeling POP 3 Zuid-Holland | 2.500.000 | 12.000.000 | 3.500.000 | 15.500.000 | |
Totaal | 47.306.577 | 0 | 73.285.000 | 9.600.000 | 82.885.000 |
Toelichting boekjaar- en projectsubsidies 2021
Voor 1.6.76 Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016 het hoofdsubsidieplafond van € 5.285.000 te verhogen met € 6.100.000 naar € 11.385.000 (beleidsdoel 5.1, 5.2 en 7.2); Deze verhoging is als volgt verdeeld:
Voor nog vast te stellen deelplafonds in 2021 onder § 2.3 Soortenbeleid leefgebied en maatregelen verbetering natuurwaarden (beleidsdoel 5.1) in totaal € 1.700.000 aan extra ruimte in het Srg hoofdplafond.
Voorjaar 2019 is het Actieplan Boerenlandvogels aan PS aangeboden. Dit plan heeft een looptijd tot 2027 en bevat de acties en maatregelen die nodig zijn om de achteruitgang van de boerenlandvogels in Zuid-Holland te stoppen en om te buigen in een toename. In 2019 en 2020 is een start gemaakt met de uitvoering van het Actieplan, en bij de behandeling van de begroting 2021 is via Amendement 680 een bedrag van € 1,4 miljoen beschikbaar gekomen voor uitvoering van het Actieplan Boerenlandvogels. In 2020 en 2021 is via de Srg al ruim € 2,5 miljoen beschikbaar gesteld voor investeringen in verbetering van het biotoop van weide- en akkervogels. Het gaat hierbij onder andere om het verbeteren van het waterpeil en om het aanleggen van kruidenrijk grasland. In overleg met de betrokken organisaties (de TBO's, BoerenNatuur Zuid-Holland/agrarische collectieven, De Groene Motor (weidevogelvrijwilligers) zal worden bezien welke onderdelen van het Actieplan Boerenlandvogels we via de Srg zullen uitvoeren. Mogelijkheden daarvoor zijn een nieuwe openstelling voor investeringen in inrichting, maar andere onderdelen van het Actieplan Boerenlandvogels hebben onder andere betrekking op een verbeterde monitoring, betere communicatie/afstemming tussen verschillende beheerders, kennisuitwisseling en het uitvoeren van maatregelen ter vermindering van predatie van eieren en kuikens van boerenlandvogels. Al deze onderdelen dragen bij aan het behoud van de boerenlandvogels. Door het inwerkingtreding van de Wet Natuurbescherming zijn sinds 1 januari 2017 de provincies verantwoordelijk voor de bescherming van en zorg voor in het wild levende plant- en diersoorten. Hieronder valt o.a. de bescherming van kwetsbare en/of bedreigde dier- en plantensoorten, ook buiten de natuurgebieden. De provincie Zuid-Holland vult deze taak in door middel van het instrument icoonsoorten. Icoonsoorten zijn plant- en diersoorten die kenmerkend zijn voor Zuid-Holland. Het kan gaan om algemene soorten die voorkomen binnen steden, maar ook om zeldzame soorten in natuurgebieden. De provincie heeft 40 icoonsoorten aangewezen die een goede representatie vormen van de natuur van Zuid-Holland: als het leefgebied van deze icoonsoorten op orde is binnen de provincie, dan gaat het goed met de Zuid-Hollandse natuur. De insteek is hierbij dat de natuur van Zuid-Holland in volle breedte profiteert van maatregelen die worden genomen ten faveure van deze icoonsoorten (‘paraplu-functie’).Bij de VJN 2021 zijn in het kader van het bevorderen van de biodiversiteit extra middelen beschikbaar gesteld voor Boerenlandvogels (€ 1,5 miljoen) en Soorten en exotenbeleid (€ 0,5 miljoen). Deze dienen als dekking voor de te nemen openstellingsbesluiten binnen de aangevraagde ruimte in het hoofdplafond.
De maatschappelijke baten zijn: Het Actieplan Boerenlandvogels is opgesteld om gericht te kunnen werken aan afname van de biodiversiteit van het boerenland, met boerenlandvogels als vlaggenschip. Zuid-Holland heeft namelijk een belangrijke nationale
verantwoordelijkheid voor boerenlandvogels, en dan met name weidevogels. De nationale vogel, de grutto, komt volop voor in de Zuid-Hollandse graslandpolders, maar de aantallen nemen hard af. In de akker- en bollenstreek hebben soorten als patrijs en veldleeuwerik het zwaar. Met uitvoering van het Actieplan Boerenlandvogels proberen we de achteruitgang van deze (en andere) soorten te stoppen. Voor de grutto hebben we een ambitie opgenomen om de dalende trend om te buigen in een stijgende, en in 2027 een populatiestijging van zo'n 5% te bereiken ten opzichte van 2015. Met het investeren in het leefgebied van icoonsoorten wordt gericht gewerkt aan versterking van de biodiversiteit binnen en buiten natuurgebieden. Dit komt niet alleen de biodiversiteit ten goede, maar tevens het woon- en werkklimaat in de provincie.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Opdrachten zijn niet van toepassing.
Voor § 2.6 Verwerving en inrichting ecologische verbindingen (beleidsdoel 5.1) het deelplafond van € 600.000 te verhogen met € 900.000 naar € 1.500.000
Subsidie kan worden verleend voor het verwerven van grond en het inrichten van grond ten behoeve van de realisatie van ecologische verbindingen. De dekking voor deze subsidieregeling wordt gevonden in het budget dat reeds meerjarig beschikbaar is gesteld in beleidsprestatie 5.1.1 Natuur. De maatschappelijke baten zijn: behoud en ontwikkeling biodiversiteit, vergroten waterbergend vermogen, vergroten mogelijkheden voor recreatie, en verhogen woonkwaliteit, wervend woonmilieu. Als alternatief voor subsidie is overwogen om zelf als provincie de uitvoering ter hand nemen (of afzien van realisatie).
Voor § 2.8 Innovatieve pilots Groene Cirkels (beleidsdoel 5.2) het deelplafond van € 75.000 te verlagen met € 75.000 en deze vast te stellen op € 0
De subsidieregeling Groen paragraaf innovatieve pilots Groene Cirkels is bedoeld om initiatieven van partijen te steunen die innovatieve ideeën ontwikkelen en uitproberen om een (kennis te ontwikkelen) om duurzame, circulaire en klimaat neutrale economie en maatschappij en een aangename en klimaatbestendige leefomgeving te realiseren. Bij de begroting 2021 is voor paragraaf 2.8 een deelplafond vastgesteld van € 75.000. Aangezien wij tot op heden geen aanvragen hebben ontvangen en voor dit jaar ook geen te subsidiëren projecten meer verwachten, is het wenselijk om het deelplafond voor het jaar 2021 te verlagen van € 75.000 naar € 0. De maatschappelijke baten zijn: duurzame energie stimuleren, versterken agrobiodiversiteit; bestuiving en natuurlijke plaagregulatie, voldoende en goed drinkwater, grondstofkringlopen sluiten, duurzaam vervoer over water, tegengaan bodemdaling, verhogen grondwaterpeil.
Er zijn geen alternatieven overwogen voor het instrument subsidie. Projectsubsidies zijn een passend middel om initiatieven van partijen te steunen die innovatieve ideeën ontwikkelen en uitproberen om (kennis te ontwikkelen) een duurzame, circulaire en klimaat neutrale economie en maatschappij en een aangename en klimaatbestendige leefomgeving te realiseren. Een opdracht ligt niet in de rede, omdat het hier gaat om initiatieven van derden die bijdragen aan een provinciaal doel, maar waar de provincie geen direct product geleverd krijgt.
Voor § 2.11.2 lid 1a herstel inrichtingsmaatregelen ruiter- en menpaden (beleidsdoel 7.2) een deelplafond voor een bedrag van € 860.000
Bij de behandeling van de Begroting 2018 hebben de Staten motie 743 aangenomen die ziet op ‘’meer ruiters in het groen’. Met het ruiter- en menpaden plan wordt uitvoering gegeven aan deze motie, waarmee de mogelijkheden voor paardrijden in het buitengebied sterk worden verbeterd. Fase 1. richt zich op een kwaliteitsverbetering, groot onderhoud, van bestaande ruiter- en menpaden. €360.000. Fase 2 richt zich op de aanleg van nieuwe ruiter- en menpaden die de aaneen geslotenheid van de bestaande netwerken verbeteren € 500.000. De subsidie wordt financieel gedekt uit bestaande exploitatiemiddelen voor recreatiebeheer in Beleidsdoel 7.2 Gezonde en bewegingsvriendelijke leefomgeving. De maatschappelijke baten zijn: ruiter recreatie en toerisme bevorderen. Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidieverlening is in dit geval het juiste instrument.
Voor § 2.11.2 lid 2f waterrecreatie (beleidsdoel 7.2) een verhoging van de deelplafond van € 350.000 met € 150.000 naar € 500.000
Het ontstaan van Zuid-Holland is onlosmakelijk verbonden met het water. Als natuurlijke verbinder van stad en land levert het vaarwegennetwerk met zijn waterfronten een belangrijke bijdrage aan ons woon- en vestigingsklimaat. De beleving van water draagt bij aan gezonde en gelukkige bewoners en bezoekers van Zuid-Holland. De potentie van waterrecreatie in Zuid-Holland kan nog beter worden benut en uitgebreid. Om deze ambities te bereiken is deze subsidieregeling beschikbaar voor de hele provincie met speciale aandacht voor drie geprioriteerde regio’s te weten Hof van Delfland, Midden-Holland en Hollandse Plassen (in huidige regeling staat de opsomming welke gemeenten), waarbij wordt ingezet op volgende drie strategische speerpunten; gastvrij en beleefbaar water, smart waternetwerk, groene waterrecreatie. De subsidie wordt financieel gedekt uit bestaande exploitatiemiddelen voor recreatiebeheer in Beleidsdoel 7.2 Gezonde en bewegingsvriendelijke leefomgeving.
De maatschappelijke baten zijn: Zuid-Holland wil een aantrekkelijke, gezonde, veilige en concurrerende provincie zijn waar mensen, zowel bewoners, forensen als toeristen, met plezier wonen, werken en recreëren.
Activiteiten gericht waterrecreatie bedoeld in deze paragraaf lukt alleen bij samenwerken, stimuleren en ondersteunen van de partners. Gebod en/of verbod bepaling is geen optie, alleen communicatie is ook onvoldoende en er wordt ook niets geleverd aan provincie. Het gaat ook vaak om regionale of lokale activiteiten waarbij intrinsieke motivatie van een partij noodzakelijk is en door middel van subsidie wordt gestimuleerd om deze initiatieven uit te voeren. Dat is wat wij kunnen doen.
Voor § 2.11 onderdelen sport en recreatie (beleidsdoel 7.2) een deelplafond te zijner tijd voor een bedrag van € 4.200.000
De provincie zet in op een gezonde en aantrekkelijke buitenruimte (leefomgeving) die geschikt is voor en uitnodigt tot bewegen, sporten en recreatie. We stimuleren de bereikbaarheid en toegankelijkheid van sport- en recreatievoorzieningen, zodat zoveel mogelijk Zuid-Hollanders hier gebruik van kunnen maken, wat bijdraagt aan een gezonde, weerbare en vitale bevolking. Wij richten ons hierbij op sport, recreatie en participatie, zowel binnen als buiten de bebouwde kom. Deze verhoging van het hoofdplafond subsidieregeling Groen zal ingezet worden voor de doelen recreatie en sport. De middelen zullen door openstellingsbesluiten verdeeld gaan worden naar de diverse onderwerpen. Dekking uit de budgetten die reeds in de begroting beschikbaar zijn gesteld. Deze zijn opgenomen in beleidsdoel 7.2. Gezonde en bewegingsvriendelijke leefomgeving.
De maatschappelijke baten zijn: Verbeteren openbare toegankelijkheid groengebieden en recreatieve routestructuren aansluiting stedelijk gebied in aansluiting op wensen van gebruikers (bewoners, toeristen). De provincie wil de groenbeleving en de betrokkenheid van de Zuid-Hollandse burger bij het groen vergroten. Dit wordt bereikt door het vergroten van natuurkennis en natuurbeleving en het stimuleren en ondersteunen inzet van burgers voor en in het groen.
Opdrachten zijn overwogen als alternatief voor subsidie. Op het gebied van recreatie, sport en participatie worden vaak maatregelen / investeringen uitgevoerd op gronden van derden. De provincie wordt daarmee geen eigenaar van de geleverde maatregel. Ook betaalt de provincie in het algemeen niet de volledige commerciële kostprijs, maar draagt doorgaans voor 50% bij in de kosten. Daarom is gekozen voor subsidie.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om het hoofdplafond vast te stellen op een bedrag van € 11.385.000 en deze op te nemen in de Begroting 2021
Voor 1.6.69 Uitvoeringsregeling POP3 Zuid-Holland het subsidieplafond van € 12.000.000 te verhogen met € 3.500.000 naar € 15.500.000 (beleidsdoel 5.2)
POP staat voor Plattelandsontwikkelingsprogramma en is een onderdeel van een Europees subsidieprogramma, het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling, afgekort als ELFPO. Het ELFPO is onderdeel van het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) van de Europese Unie. Het POP-3 is het derde Plattelandsontwikkelingsprogramma, waarvan de looptijd tot einde 2022 is. Het POP-3 wordt in Zuid-Holland uitgevoerd door middel van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland. De maatregelen uit de uitvoeringsregeling worden door middel van zogenoemde openstellingsbesluiten opengesteld. In het openstellingsbesluit staan het tijdvak waarbinnen aanvragen ingediend kunnen worden, het beschikbare deelplafond en de voorwaarden om voor subsidie in aanmerking te komen.
In 2021 zullen de volgende maatregelen worden opengesteld:
LEADER.
Op basis van deze maatregel kan subsidie worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan de Lokale ontwikkelingsstrategie van de Lokale Actiegroep (LEADER-groep) Holland Rijnland en van de Lokale Actiegroep (LEADER-groep) Polders met Waarden.
Voor het LEADER gebied Holland Rijnland kan subsidie worden verstrekt voor projecten die in voldoende mate bijdragen aan de thema’s:
- gezondheid van mens en omgeving (relatie stad en land)
- Circulaire economie.
Voor het LEADER gebied Polders met Waarden kan subsidie worden voor projecten die in voldoende mate bijdrage aan de thema’s:
- Relatie stad en land
- Duurzaamheid.
Fysieke investeringen in verduurzaming van agrarische ondernemingen van jonge landbouwers .
Op basis van deze maatregel kan subsidie worden verstrekt aan jonge landbouwers (jonger dan 41 jaar) voor het doen van duurzame investeringen in de agrarische onderneming waarvan zij bedrijfshoofd zijn. Jonge landbouwers hebben na de start of overname van een agrarische onderneming vanwege hoge kapitaalslasten vaak te maken met een investeringsdip. Hierdoor blijft verduurzaming van het bedrijf achter. Met deze subsidie wordt de investeringsdip verkleind.
De investeringen die voor subsidie in aanmerking komen worden in het openstellingsbesluit bekendgemaakt.
Fysieke investeringen in agrarische ondernemingen in de Krimpenerwaard ten behoeve van de zelfrealisatie van de NNN
Op basis van deze maatregel kan subsidie worden verstrekt aan landbouwers voor het doen van investeringen die noodzakelijk zijn voor de zelfrealisatie van de NNN..
Fysieke Investeringen ten behoeve van de inrichting voor de NNN in de Krimpenerwaard
Met deze maatregel worden inrichtingsmaatregelen in agrarisch gebied in de Krimpenerwaard ten behoeve van de realisatie van de NNN gesubsidieerd
Fysieke investeringen in het watersysteem .
Op basis van deze maatregel kan subsidie worden investeringen in het watersysteem waarmee de waterkwaliteit wordt verbeterd of de waterkwantiteit wordt vergroot.
De investeringen die voor subsidie in aanmerking komen worden in het openstellingsbesluit bekendgemaakt.
De maatschappelijke baten zijn: verbeterde kwantiteit en kwaliteit van water en bodem, schoner worden van het leefmilieu en minder wateroverlast. Investeringen in materiële activa Fysieke innovatieve investeringen in verduurzaming van agrarische ondernemingen van jonge landbouwers t.b.v. verbeteren milieu, klimaatbestendigheid, dierenwelzijn, volks- en diergezondheid, landschap, ruimtelijke kwaliteit of biodiversiteit.
Er zijn geen alternatieven overwogen voor het instrument subsidie. Het POP3 is een subsidie-instrument dat voortkomt uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO). Het ELFPO schrijft voor dat de middelen door middel van subsidies worden ingezet.
Gevraagd wordt aan Provinciale Staten om het plafond vast te stellen op een bedrag van € 15.500.000 en deze op te nemen in de Begroting 2021.