2.3 Natura 2000
De huidige doelstellingen voor N2000 zijn in de vigerende beheerplannen veelal niet SMART. Dit heeft tot gevolg dat niet duidelijk is wanneer wij onze doelen gehaald hebben en welke maatregelen daarvoor het meest effectief zijn. Het is juist voor stikstofgevoelige natuur belangrijk dat dit geconcretiseerd wordt omdat de vergunningverlening in het kader van de WNB weer op gang kan komen als de natuur op orde is. Daarom worden deze gebieden met prioriteit opgepakt. Voor de niet stikstofgevoelige gebieden gebeurt dit volgens de lopende beheerplancyclus.
Onderdeel van de gebiedsgerichte aanpak in het kader van de stikstofproblematiek is het uitvoeren van natuurdoelanalyses voor de stikstofgevoelige N2000-gebieden. De uitkomsten van deze analyses bieden input om de N2000 doelen en maatregelen te concretiseren in het gebiedsproces. Nut en noodzaak van de uitvoering van natuurherstelmaatregelen zijn mede afhankelijk van de (reducties in) stikstofdeposities. Hoe groter de maatschappelijke impact van maatregelen hoe complexer de (bestuurlijke) afweging ten aanzien van de natuurdoelen. GS maakt uiteindelijk de keuzes in doelen en maatregelen die in nieuwe beheerplannen worden vastgelegd.
Tot nu toe wordt de uitvoering van natuurherstelmaatregelen gefinancierd vanuit het Natuurpact. Het Rijk heeft middels Programma Natuur extra middelen ter beschikking gesteld voor een periode van 10 jaar. De eerste tranche van maatregelen voor dit programma wordt uitgevoerd vanaf 2021.
NB: Parallel aan het provinciale traject werkt het Rijk aan het SMART maken van de natuurdoelen op landelijk niveau en de verdeling hiervan over de verschillende provincies/N2000-gebieden. Dit wordt uiteindelijk vastgelegd in het Strategisch Plan. Beide trajecten worden zoveel mogelijk op elkaar afgestemd.